Een ‘datastore’ is het datamodel van een datamart en is randvoorwaardelijk om met datamarts te kunnen werken.
Je kunt datastores definiëren en onderhouden in de algemene instellingen.
Bestaande datastores zijn op dit tabblad zichtbaar. Van elke datastore zie je de volgende gegevens:
- naam datastore
- aantal rijen (het aantal records)
- aanmaakdatum
- datum waarop de definitie of inhoud van de datastore voor het laatst is gewijzigd
Klik op de button ‘+ Toevoegen’ om een nieuwe datastore toe te voegen.
Een datastore kan worden bewerkt en gekopieerd door op het tandwielicoon te klikken.
Toevoegen
Vul alle velden in om een datastore toe te voegen.
Definitie
Allereerst geef je de datastore een unieke naam.
Naast de unieke naam heb je voor een werkende datastore ook een unieke kolom nodig, bijvoorbeeld klantnummer of transactienummer. Deze kolom kan je opnemen in je dataset. Indien er geen unieke kolom aanwezig is in de dataset dan kan Ternair een unieke kolom voor jou genereren. Dit definieer je onder type.
Bij omschrijving is het mogelijk een omschrijving te geven van de datastore.
Aanmaken
Vervolgens definieer je de kolommen van jouw dataset.
Iedere datastore moet een uniek ID (sleutel) hebben. De eerste kolomnaam (ID) wordt automatisch gegenereerd. Het label is aanpasbaar.
Daarna definieer je de andere kolommen. Per rij definieer je een kolomnaam, een label (hoe de gebruiker het in de flowbuilder ziet) en geef je het type datum aan: tekst, getal, decimaal of datum (tijd).
Als de kolom is gedefinieerd, klik je op het ‘vink’ icoon om de rij op te slaan.
Bewerken
Wanneer de kolommen zijn gedefinieerd, kan je de data wijzigen door op het edit icoon te klikken.
Aanvullende properties
Door op het ‘>’ icoon te klikken, kan je aan een kolom aanvullende properties toevoegen.
Het rode bolletje bij het ‘>’ icoon geeft aan dat er aanvullende properties zijn aangemaakt.
- Standaard waarde:
Aan elke kolom kan je een standaard waarde meegeven. Dit is de waarde die een kolom krijgt, wanneer er geen waarde wordt aangeleverd in de dataset. - Sleuteltype:
Het is mogelijk meerdere sleutels te definiëren in één datastore. Via het dropdown menu kan je een sleuteltype aan een kolom toevoegen.
Let op! Als je de datastore hebt opgeslagen, kun je de waarde ‘kolomnaam’ en ‘kolomtype’ niet meer wijzigen.
Verwijderen
Let op! Als je de datastore verwijdert, is zowel de datastore als de inhoud ervan definitief verwijderd. Deze actie kan niet ongedaan worden gemaakt.
Datalayers
Datastores kunnen alleen gebruikt worden via een datalayer. Lees hier meer over datalayers.